'Elke winkelstraat zou een eigen darkstore moeten hebben'

'Elke winkelstraat zou een eigen darkstore moeten hebben'

Flitsbezorgers krijgen van allerlei kanten kritiek op hun business. Met name de darkstores zijn een doorn in het oog van omwonenden, maar ook van nabij zittende winkeliers en gemeenten. Jeroen Gehlen van Wuunder vindt die darkstores echter zo gek nog niet. Als er beter gekeken wordt naar de efficiëntie en het proces eromheen is een darkstore geen enkel probleem, is zijn betoog. Hij vindt ook, dat het initiatief van de lokale winkeliers moet komen.

Op 26 april heeft de rechter een belangrijk besluit genomen. Zapp moet zijn darkstore aan de Fagelstraat in Amsterdam sluiten. De flitsbezorger, actief in Amsterdam en Rotterdam, ging eerder in de maand naar de rechter om sluiting tegen te gaan, nadat de gemeente aangaf dat de darkstore niet in het bestemmingsplan past. Ook zou het personeel van Zapp voor veel overlast in de straat zorgen.

Darkstore bestaat al 15 jaar. Vroeger heette het een forward stock location”

Niet alleen in Amsterdam is er gedoe rondom darkstores. In diverse Nederlandse gemeenten worden flitsbezorgers teruggefloten of is er besloten (tijdelijk) geen nieuwe minimagazijnen toe te staan. Dit terwijl het concept ‘darkstore’ zo slecht niet is. Dat vindt Jeroen Gehlen, mede-oprichter van transportplatform Wuunder. Bovendien is het helemaal niet zo nieuw. “Een darkstore is een moderne term, maar het concept bestaat al vijftien jaar. Vroeger noemden we dat in de logistiek een forward stock location”, aldus Gehlen. Zo waren er op strategische plekken opslagplaatsen gevuld met reserveonderdelen die in no-time afgeleverd moesten kunnen worden bij windmolenparken of bij gsm-masten.

Inefficiënt gebruik darkstores

Het probleem zit wat Gehlen betreft nu echter in de inefficiëntie. Elke darkstore is zelf het logistieke wiel aan het uitvinden en bouwt een eigen legertje aan fietskoeriers. Bovendien bestelt elke bezorger eigen elektrische fietsen, waarna de koeriers ‘niet zelden’ exact dezelfde routes afleggen naar exact dezelfde afnemers. “De vervoersbewegingen nemen toe door flitsbezorging.” Gehlen vergelijkt het met het openbaar vervoer en een taxirit: “Als iedereen in een taxi zou stappen in plaats van in de bus, zijn de gevolgen in de straat niet te overzien. Hetzelfde geldt hier. Iedereen wordt er krankzinnig van als 150 bestellingen niet gebundeld worden maar inhouden dat er 150 ritjes van een darkstore naar een klant nodig zijn.”

Jeroen Gehlen, cofounder Wuunder.
Jeroen Gehlen, cofounder Wuunder.

Minimagazijn per winkelstraat

Toch zit het probleem dus niet bij de darkstore zelf. Gehlen pleit er zelfs voor dat elke winkelstraat of elk winkelcentrum een dergelijk minimagazijn heeft. Alleen moet het logistieke model anders. Beter zou zijn om het model aan te houden van afvalinzameling – of van het openbaar vervoer. “Efficiëntie in bezorging gaat om volume. De truc is dat je het als stad moet willen om die volume te creëren en dus gebundeld bestellingen te bezorgen. Een ov van pakketjes.”

Winkeliers moeten nut inzien

Het initiatief ligt niet alleen bij de stad. Vooral de lokale winkeliers moeten het nut ervan inzien. “Iedereen wil zijn eigen identiteit. De bakker heeft een eigen website, de slager. Als je hen vraagt hun identiteit op te geven, kunnen ze net zo goed met Amazon samenwerken”, noemt Gehlen als pijnpunt. Toch verwacht hij dat het nodig is voor het bestaansrecht van de lokale winkels om het voor de consument net zo makkelijk te maken om producten te bestellen als bij Picnic. “Ik wil van de lokale groenteboer dezelfde service hebben, en daar wil ik best meer voor betalen. Maar voor één lokale groenteboer is het niet rond te rekenen. Als ze niet gaan samenwerken, wordt de door de consument gewenste bezorgdienst overgenomen door de grote concerns, want die regelen het transport wel gewoon goed.” Gehlen noemt Gorillas als mogelijke concurrent. “Als je ervan uitgaat dat zij steeds meer spullen gaan verkopen, naast boodschappen, dan krijgt de winkelstraat steeds meer van hun darkstores.”

Lokaal aan elkaar verbonden

Wat Gehlen voor ogen heeft is een overkoepelend platform per winkelstraat, winkelcentrum, dorp of stad. De lokale winkeliers zijn aan het platform verbonden, maar ook de lokale (fiets)koeriers. Consumenten bestellen bij meerdere webshops van lokale winkeliers, waarna de koerier de producten ophaalt en gebundeld bij de consument bezorgt. Dit kan op twee manieren: de koerier kan van de bakker naar de slager naar de boekenwinkel gaan, maar dat zorgt voor drukte in de winkels. Mogelijk is dat voor de winkeliers niet gewenst. De tweede optie is dat de winkeliers de bestellingen zelf naar een speciaal minimagazijn in de straat – een gezamenlijke darkstore – brengen, waarna de koerier alles in één keer daar kan ophalen en op een slim moment met zijn cargobike naar de consument gaat.

Niet binnen een halfuur bezorgen

Het ‘slimme moment’ in die laatste zin komt ook niet uit de lucht vallen. Gehlen benadrukt dat het in dit model niet nodig is om binnen een halfuur te bezorgen. Belangrijker is het dat de ontvanger kan bepalen wanneer hij het krijgt. “En als het wel binnen tien minuten nodig is, kun je een duurdere bezorgoptie toevoegen. Of hij stapt zelf maar op de fiets.”

Pakketten op één plek

In dit concept moeten ook de pakketjes niet vergeten worden. Wat Gehlen betreft krijgen mensen weer een eigen postbus, ergens in het winkelcentrum. “Stuur alle pakketten daar naartoe in plaats van naar huis. Zodra je ze wilt hebben, kan de fietskoerier de pakketten inclusief de bestellingen bij lokale winkeliers in één keer bij je afleveren.”

In je eentje een cargobike aanschaffen is moeilijker terug te verdienen”

Om het concept te financieren betaalt de consument bezorgkosten. Genoeg om als koerier geen verlies te draaien. Het voordeel van gebundelde bestellingen is dat de consument één keer bezorgkosten betaalt voor spullen van meerdere winkels. Waar normaal ook de winkel achter het bestelplatform geld moet terugverdienen, is dat minder noodzakelijk als zij samenwerken. In je eentje een cargobike aanschaffen is immers moeilijker terug te verdienen dan als het om een gezamenlijke cargobike gaat. Door de koppeling met de koeriers zal het bovendien vaak zijn dat de fiets al is aangeschaft. “Als je het allemaal zelf moet doen, is het niet te betalen inderdaad.”

Techniek en koeriers zijn er klaar voor

De techniek is er klaar voor, aldus de Wuunder-CEO. En er zijn voldoende fietskoeriers. Het enige wat nog niet goed is geregeld is dat de IT-systemen van lokale koeriers gekoppeld zijn aan de systemen van lokale winkeliers. Dat zou Wuunder kunnen verzorgen. “Wij kunnen de techniek leveren en het transportmanagement. Je wilt voorkomen dat de bakker continu telefoontjes krijgt over waar het brood blijft. Niemand wil verveeld worden daarmee. Daarom moet er goed worden gecommuniceerd over de status van de bestelling. Transport is niet alleen iets van a naar b brengen, het gaat ook om de communicatielaag boven op de dienst.”

Particulier moet zuinig zijn op winkelcentra of accepteren dat er darkstores komen”

Dan is er nog één belangrijke schakel in het verhaal die van invloed is op het wel of niet slagen van het plan. De consument. “De particulier moet zijn geld aan de lokale middenstand gunnen”, aldus Gehlen. “Ze moeten zuinig zijn op de winkelcentra of accepteren dat ze weg zijn en alle winkels worden vervangen door darkstores van flitsbezorgers.”

Diane Essenburg

Diane Essenburg

Redacteur Logistiek.nl